Albert en Hubert zijn de zaakwaarnemers van een verhuurkantoor. Hubert is vrijgezel en Albert is getrouwd met Janine. Wat deze laatste echter niet weet is dat haar echtgenoot en Hubert zichzelf verhuren als ‘gezelschapsheren', hetgeen hun zeer duidelijk geen windeieren legt. Gisèle, de meid, komt op een bepaalde dag met een grote cadeauverpakking binnen. Wanneer de beide heren die verpakking openen komt er tot hun grote verbazing een dame uitgestapt. Het is Frieda, die op een geheime manier de diensten van Albert en Hubert komt inhuren. Haar echtgenoot Bernard is immers als ‘huurling' naar Angola getrokken en wil na al die jaren bij haar terugkeren, wat zij niet echt meer ziet zitten. Ze bereiken een akkoord en besluiten Frieda van Bernard af te helpen. Ze zijn zelfs bereid hun bureel om te toveren tot een ‘cosy' of gezellig, warmaanvoelend appartement. Zullen de heren in hun opzet slagen? Kunnen ze Janine overtuigen van hun manier van zakendoen? Kunnen ze Gisèle uitleggen waar het om draait? Al die vragen krijgen een afdoend antwoord op één van de voorstellingen van dit plezierige, volkse blijspel van Staf Knop.